Overlast van een bedrijf

Bedrijven en fabrieken kunnen stoffen uitstoten en overlast veroorzaken. Woon je in de buurt van een bedrijf? Dan maak je je misschien ongerust over wat dat betekent voor je gezondheid. Op deze pagina lees je meer over overlast van een bedrijf.

Overlast en je gezondheid

Geuroverlast komt vaak voor in de buurt van bedrijven. Geuroverlast kan, al dan niet via stress, gezondheidsklachten veroorzaken, zoals hoofdpijn, duizeligheid en misselijkheid.

Vooral bij een chemische geur vragen mensen zich af of de lucht slecht is voor hun gezondheid. Maar dat een stof stinkt, wil niet zeggen dat hij ook gevaarlijk is. De meeste stoffen ruik je al terwijl er weinig van in de lucht zit en ze niet giftig zijn. Lees meer over de gezondheidseffecten van geur.

Geluidoverlast kan gevolgen hebben voor je gezondheid. Het kan zijn dat je slechter slaapt, waardoor je minder goed uitrust. Of je let minder goed op op je werk of op school en je krijgt stress. Lees meer over de gezondheidseffecten van geluid.

Op een bedrijventerrein zijn er verschillende activiteiten die geluid veroorzaken. Het kan gaan om:

  • Constant geluid van machines, luchtwassers, ventilatoren of stationair draaiende motoren. Deze apparaten veroorzaken soms lage bromtonen. Lees meer over hinder door bromtonen.
  • Plotselinge harde geluiden: deuren die dicht vallen, harde bonzen, of het affakkelen van gas. Deze zogenaamde impulsgeluiden veroorzaken veel hinder. Meer dan bijvoorbeeld het redelijk eentonige geluid van een weg.
  • Auto’s en vrachtauto’s die af- en aanrijden naar het bedrijf.
  • Pratende/roepende mensen.

Geluidnormen en regels

Bedrijven moeten zich houden aan regels en normen. Die zijn er om de mensen die in de buurt wonen te beschermen tegen overlast. De normen laten een bepaalde hoeveelheid geluid wel toe. Ondanks de normen kun je dus hinder hebben.

Er zijn verschillende normen en regels:

Afwijken van de norm

Soms mogen bedrijven afwijken van de geluidsnormen. In de meeste gevallen kan de gemeente hierover beslissen. Afhankelijk van de situatie kan de gemeente hogere geluidsnormen vaststellen, bijvoorbeeld voor horeca in de binnenstad. Of juist lagere normen, bijvoorbeeld voor een bedrijf in een rustige woonwijk.

Bij de activiteiten van een bedrijf kan stof vrijkomen. Ook bij de opslag en het verplaatsen van bijvoorbeeld zand of andere materialen kunnen stofwolken ontstaan. We maken onderscheid in grof stof en fijnstof:

  • Grove stofdeeltjes kun je met het blote oog zien, bijvoorbeeld op vensterbanken of tuinmeubels. Het zijn de wat grotere stofdeeltjes die dicht bij de fabriek in de omgeving terecht komen.
  • Fijnstofdeeltjes zijn zo klein dat je ze niet kunt zien. De wind zorgt ervoor dat fijnstof zich verder verspreidt van de fabriek.

Maak je je zorgen over stof afkomstig van een bedrijf? Dan is het belangrijk om het volgende te weten:

  • Zichtbaar, grof stof is minder gevaarlijk voor de gezondheid dan onzichtbaar, fijnstof. Als je grofstofdeeltjes inademt, dan blijven ze in je neus of keel zitten. Je neusharen en slijmvliezen zorgen ervoor dat ze niet in je longen terecht kunnen komen.
  • Je kunt grof stof wel binnenkrijgen door het in te slikken. Kinderen kunnen het bijvoorbeeld binnenkrijgen bij het buitenspelen (vieze handen in de mond). Je kunt het ook binnenkrijgen als je groenten en fruit uit eigen tuin eet.
  • Grof stof kan irritatie en hinder veroorzaken, je moet bijvoorbeeld vaker hoesten.
  • Een deel van het stof kan ook uit kleinere, fijnstofdeeltjes bestaan. Als je die inademt komen ze wel in je longen en kun je gezondheidsklachten krijgen. Lees meer over de gezondheidseffecten van fijnstof.

Aan stofdeeltjes kunnen schadelijke stoffen vastzitten, zoals zware metalen. Die komen dan samen met de stofdeeltjes in bijvoorbeeld je (moes)tuin terecht. Je kunt ze binnenkrijgen als je groenten uit eigen tuin eet. Kinderen kunnen er mee in aanraking komen tijdens het buitenspelen. Lees hier hoe je dat kunt beperken.

Wat komt er uit de schoorsteen?

Soms zijn er ook zorgen over de luchtkwaliteit in de buurt van een bedrijf. Want wat komt er nu eigenlijk precies uit die schoorsteen? En kunnen die stoffen geen kwaad als je ze inademt?

De Nederlandse overheid heeft regels om te voorkomen dat bedrijven schade veroorzaken aan het milieu en aan mensen. Bedrijven zijn in de eerste plaats zelf verantwoordelijk om zich aan de wetten en regels te houden. Omgevingsdiensten houden daar namens gemeenten en provincies toezicht op, maar dat is geen eenvoudige taak. Een bedrijf kan minder stoffen uitstoten dan in de vergunning staat, maar het kan ook (tijdelijk) meer of andere stoffen uitstoten. Bijvoorbeeld als het bedrijf iets heeft veranderd aan het productieproces.

Het is voor mensen in de buurt belangrijk om te weten wat er uit de schoorsteen komt, maar het is nog belangrijker om te weten wat de concentratie van stoffen in de woonomgeving is. Want dat is de lucht die je inademt. Die concentraties van stoffen in de woonomgeving zijn vaak niet bekend. Soms is het wel mogelijk om hier een beter beeld van te krijgen. Bijvoorbeeld door met een model te voorspellen hoe de stoffen zich in de omgeving verspreiden. Of door de stoffen te meten in de lucht.

Op basis van metingen bij de schoorsteen kan de Omgevingsdienst met een model voorspellen hoe stoffen zich in de omgeving verspreiden. Vervolgens kan de GGD inschatten of er risico’s voor de gezondheid zijn. Dit gebeurt doorgaans alleen als de betrokken diensten hiervoor opdracht en geld krijgen van het bevoegd gezag. Daarnaast moeten er:

  • voldoende metingen bij de schoorsteen zijn van de stoffen waar het om gaat. Of de mogelijkheid om extra metingen te laten doen;
  • gezondheidskundige advieswaarden voor de betreffende stoffen zijn. Alleen dan kan de GGD de gezondheidsrisico’s inschatten.

Verspreidingsmodellen kunnen de verspreiding van een stof of geur onderschatten. Meer hierover lees je op de pagina over geurhinder.

Meten is weten, zeggen we vaak. Dat klinkt alsof meten altijd de beste manier is om iets te weten te komen. Maar dat klopt niet altijd.

De concentratie van stoffen in de omgeving verschilt per dag, per seizoen, per plek en per stof. De concentratie verandert voortdurend door bijvoorbeeld het weer en door omstandigheden in het bedrijf. Om een goed beeld te krijgen zijn daarom uitgebreide en langdurige metingen nodig. Zulke metingen zijn ingewikkeld en duur. Bovendien is het niet mogelijk om op álle plekken metingen. Het is ook niet voor alle stoffen mogelijk om ze te meten. En ook aan metingen zitten onzekerheden. Het is daarom vaak beter en sneller om met een verspreidingsmodel de concentratie in de omgeving te voorspellen.

Wettelijke normen en gezondheidskundige advieswaarden

In de vergunning van een bedrijf staat waar een bedrijf zich aan moet houden. Dit zijn de wettelijke normen. Hierin vind je bijvoorbeeld:

  • welke stoffen een bedrijf mag uitstoten en hoeveel;
  • hoeveel geluid een bedrijf mag maken. Meestal zijn er aparte regels voor geluid overdag en geluid tijdens de nacht;
  • en hoeveel geur een bedrijf mag verspreiden.

De wettelijke normen zijn meestal een tussenweg: ze zijn er om de gezondheid te beschermen, maar ze moeten ook economisch en technisch haalbaar zijn.

Daarnaast zijn er voor sommige stoffen gezondheidskundige of wetenschappelijke advieswaarden. Die gaan alleen over het beschermen van de gezondheid. Ze worden vastgesteld door wetenschappelijke instanties, zoals de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) of het RIVM. Het woord zegt het al: dit zijn advieswaarden. Gezondheidskundige advieswaarden zijn vrijblijvender dan de wettelijke normen. Er bestaan ook niet voor alle stoffen gezondheidskundige advieswaarden.

De wettelijke normen zijn meestal hoger dan de gezondheidskundige advieswaarden. Wettelijke normen laten eigenlijk altijd een bepaalde hoeveelheid overlast of risico toe. Dat betekent dat je dus overlast en risico’s kunt hebben door een bedrijf. Ook als het bedrijf voldoet aan de normen in de vergunning.

Zeer Zorgwekkende Stoffen

Sommige bedrijven stoten zogenaamde Zeer Zorgwekkende Stoffen (ZZS) uit. Dat zijn stoffen die gevaarlijk zijn voor mensen en/of het milieu. Bijvoorbeeld omdat ze;

  • kanker kunnen veroorzaken
  • effecten kunnen hebben op de vruchtbaarheid of op ongeboren kinderen
  • of zich ophopen in de voedselketen

Bedrijven zijn verplicht om zo veel mogelijk te voorkomen dat ze deze stoffen uitstoten. Als het kan, moeten ze een zeer zorgwekkende stof vervangen door een andere, minder schadelijke stof. Als dat niet kan, dan moeten ze de uitstoot in ieder geval zo laag mogelijk houden. Sinds 1 januari 2016 gelden deze regels voor alle zeer zorgwekkende stoffen.

Heb je vragen over schadelijke stoffen of Zeer Zorgwekkende Stoffen in jouw omgeving en het effect op je gezondheid? Neem dan contact op met je GGD. Meer informatie over Zeer Zorgwekkende Stoffen vind je op de website van het RIVM.

Tips bij overlast van een bedrijf

Heb je overlast van een bedrijf? Het lijkt misschien lastig om hier iets aan te doen. Toch kunnen kleine stappen uiteindelijk voor verbetering zorgen.

Het bedrijf kan de overlast misschien niet gelijk verminderen. Maar als het bedrijf niet weet dat het hinder veroorzaakt, gebeurt er sowieso niets. Jullie kunnen afspreken dat het bedrijf jullie informeert als er meer overlast is dan normaal, bijvoorbeeld door een incident. Het scheelt al een hoop als je weet wat er aan de hand is en hoe lang het gaat duren. Verloopt het contact moeilijk? Vraag dan de verantwoordelijke organisatie (meestal de provincie of de gemeente) om jullie hierbij te ondersteunen.

Meld dat je hinder hebt bij je gemeente of bij het milieuloket van de provincie. Er is misschien niet direct iets aan de overlast te doen. Maar het is belangrijk dat de gemeente en de provincie weten dat mensen hinder hebben.

Het is belangrijk om te beseffen dat het vinden van een oplossing lang kan duren en veel doorzettingsvermogen kan vragen. De overheid kan een bedrijf niet zomaar sluiten. Zelfs niet als het duidelijk is dat het bedrijf de regels overtreedt. De overheid moet dat eerst bewijzen. Vervolgens moet het bedrijf de kans krijgen om maatregelen te nemen. Soms blijkt dat de maatregelen niet de gehoopte verbetering brengen. Dan begint het proces weer opnieuw. Het kan daardoor lang duren voordat de situatie echt verbetert.

Met vragen over je gezondheid kun je contact opnemen met GGD. De GGD zal, vaak samen met de omgevingsdienst, proberen om je vragen zo goed mogelijk te beantwoorden. Ook hiervoor geldt dat er meestal geen kant en klaar antwoorden zijn. Het kost vaak tijd om informatie te verzamelen, te verkrijgen en te beoordelen. En ook dan blijven er vaak onzekerheden. Meer hierover lees je onder ‘Vragen en zorgen over gezondheid‘.

Zichtbaar, grof stof is minder gevaarlijk voor de gezondheid dan onzichtbaar, fijnstof.  Maar het is natuurlijk beter om er zo min mogelijk van binnen te krijgen. Heb je overlast van grof stof?

  • Maak vensterbanken, tuinmeubels, glijbanen en buitenspeelgoed regelmatig schoon met een vochtig doekje.
  • Laat je kind zijn handen wassen na het buitenspelen. En doe dat zelf ook na het tuinieren.
  • Spoel zelfgekweekte groenten en fruit altijd goed af voordat je ze eet.

Wie doet wat?

Meestal is de gemeente bevoegd gezag voor een bedrijf. De provincie is dat alleen voor grote en ingewikkelde bedrijven en gesloten stortplaatsen. Het bevoegd gezag:

  • verleent vergunningen;
  • en ziet erop toe dat bedrijven zich aan de algemene regels en de vergunning houden.

De omgevingsdiensten werken voor gemeenten en provincies. De omgevingsdiensten maken met hun gemeenten afspraken over de taken die ze uitvoeren. Daardoor kunnen de taken per omgevingsdienst verschillen. Over het algemeen:

  • heeft de omgevingsdienst een rol bij het verlenen van vergunningen voor bedrijven. Ook controleren zij of een bedrijf zich aan de vergunning houdt. Als dat niet zo is kan de omgevingsdienst maatregelen of boetes opleggen aan het bedrijf.
  • heeft de omgevingsdienst inzicht in wat het bedrijf uitstoot (de emissies). De omgevingsdienst kan metingen of verspreidingsberekeningen (laten) doen om meer inzicht te krijgen in de uitstoot. Ze doet dat alleen als de gemeente of de provincie daar opdracht voor geeft.
  • houdt de omgevingsdienst bij of er klachten binnenkomen over een bedrijf.

De GGD werkt voor de gemeente en kan een rol spelen bij het beantwoorden van vragen over gezondheid. De GGD kan verschillende taken uitvoeren om een beeld te krijgen van de situatie. Bijvoorbeeld:

  • in gesprek gaan met omwonenden om duidelijk te krijgen welke zorgen er zijn.
  • in kaart brengen van de uitstoot en hinder door het bedrijf (in samenwerking met de omgevingsdienst).
  • op basis van de beschikbare informatie zo goed mogelijk beoordelen of er risico’s zijn voor de gezondheid
  • uitvoeren van gezondheidsonderzoek.

De GGD kan eventueel meedenken over maatregelen om de risico’s of de overlast te beperken. De GGD kan geen boetes opleggen aan bedrijven of maatregelen afdwingen.

Nut en noodzaak van gezondheidsonderzoek

Het is begrijpelijk dat mensen die in de buurt van een overlast gevend bedrijf wonen willen dat er onderzoek komt. Om antwoorden te krijgen op hun zorgen en vragen. Of omdat het feit dat er gezondheidsschade optreedt, kan helpen om maatregelen af te dingen. Een gezondheidsonderzoek kan bestaan uit:

  • het analyseren van gegevens uit registraties. Bijvoorbeeld gegevens van huisartsen of gegevens uit de Nederlandse kankerregistratie. Het doel is om te kijken klachten of ziektes vaker voorkomen in de omgeving van het bedrijf.
  • lichamelijk onderzoek bij mensen in de buurt van het bedrijf. Bijvoorbeeld het meten van stoffen in bloed of urine. Het doel is om vast te stellen of mensen die in de buurt wonen de stoffen die het bedrijf uitstoot, ook binnenkrijgen. Of om vast te stellen of omwonenden hiervan gezondheidseffecten hebben.
  • het laten invullen van vragenlijsten door mensen die in de buurt van het bedrijf wonen. Het doel is bijvoorbeeld om de overlast en de gezondheidsklachten in kaart te brengen.

Een gezondheidsonderzoek kan maanden tot jaren duren. En de uitkomsten geven meestal alsnog geen zekerheid. We weten vaak niet zeker of de gezondheidsklachten (alleen) door het bedrijf komen. Zelfs niet na een uitgebreid onderzoek.

Bovendien kan een gezondheidsonderzoek vertragend werken. Maatregelen om de overlast te verminderen blijven dan uit, in afwachting van de uitkomsten. Terwijl het feit dat er (veel) hinder of schadelijke uitstoot is, voldoende reden is om maatregelen te nemen. Als het mogelijk is om maatregelen te nemen die de overlast of uitstoot verminderen, dan is het belangrijk die door te voeren. Het is dan beter niet te wachten op bewijs dat er gezondheidseffecten zijn.

Gezondheidsonderzoek kan een middel zijn om vragen over gezondheid te beantwoorden, maar het is geen doel op zich. De GGD weegt per situatie af of een gezondheidsonderzoek informatie kan opleveren.

Meer kanker dan normaal?

Kanker is een ziekte die mensen vaak in verband brengen met industrie of grote bedrijven. Soms valt het mensen op dat er in hun omgeving veel kanker voorkomt. Staat er dan een bedrijf in de buurt dat overlast veroorzaakt, dan rijst al snel de vraag of dat bedrijf misschien een rol speelt. Lees meer over kanker en je omgeving.

Veelgestelde vragen over overlast van een bedrijf

De Nederlandse overheid heeft strenge regels om te voorkomen dat bedrijven schade veroorzaken aan het milieu en aan mensen. Bedrijven moeten een vergunning aanvragen bij de gemeente of de provincie. Grote chemische industrie en andere grote bedrijven die met veel gevaarlijke stoffen werken, moeten aan Europese regels voldoen. Die bedrijven worden elk jaar gecontroleerd.

Bedrijven zijn in  de eerste plaats zelf verantwoordelijk om zich aan de wetten en regels te houden. Omgevingsdiensten houden daar namens gemeenten en provincies toezicht op, maar dat is geen eenvoudige taak. Uit onderzoek van de Onderzaaksraad voor Veiligheid (OVV) blijkt dat dit systeem niet altijd goed werkt. Zo kunnen omgevingsdiensten bedrijven niet altijd goed controleren doordat ze te weinig geld, kennis en onafhankelijkheid hebben. De raad heeft daarom aanbevelingen gedaan om de kwaliteit van de omgevingsdiensten te verbeteren.

Soms zie je op een bedrijfsterrein een (grote) vlam op een toren. Dat is een fakkel.  Het is een manier om gassen veilig af te voeren en te verbranden, bijvoorbeeld tijdens onderhoudswerkzaamheden. Bedrijven mogen affakkelen als dat nodig is. Dat staat in hun vergunning. Het affakkelen kan lichthinder geven. Ook kan het affakkelen een razend geluid of  juist een brommend geluid geven. Het affakkelen kan hinder veroorzaken, maar het is niet schadelijk voor de omgeving.

 

 

Ook interessant

Een haardvuurtje is gezellig, maar helaas is zo’n vuurtje slecht voor de luchtkwaliteit.
Informatie over houtrook
In Nederland hebben we veel (grote) veebedrijven. Wat betekenen die bedrijven voor je gezondheid?
Informatie over veebedrijven