Luchtvervuiling

Gezondheidsklachten door luchtvervuiling

De luchtkwaliteit in Nederland is nu een stuk beter dan 30 jaar geleden. Toch ademen we allemaal nog elke dag vervuilde lucht in. Luchtvervuiling kan longklachten veroorzaken, maar bijvoorbeeld ook hart- en vaatziekten, kanker en sterfte. Zo komt 1 op de 6 beroertes en 1 op 8 gevallen van longkanker in Nederland door luchtvervuiling.

Voor kinderen, ouderen en mensen die al ziek zijn, is het risico groter dan voor gezonde mensen. Mensen met astma, bronchitis, COPD of een hart- en vaatziekte kunnen meer last krijgen van hun ziekte als de luchtkwaliteit slecht is.

De gezondheidseffecten van  luchtvervuiling zijn:
Nederlanders sterven gemiddeld 10 maanden eerder
1 op  de 6 beroertes
1 op de 13 hartinfarcten
1 op de 6 kinderen met astma
1 op de 8 longkankerpatienten

Vervuilende stoffen

Luchtvervuiling bestaat uit een mengsel van verschillende stoffen. Stoffen waar je vaak wat over hoort zijn fijnstof, ultrafijnstof, stikstofdioxide en ozon.

Fijnstof en ultrafijnstof

Fijnstof bestaat uit deeltjes die je niet kunt zien, maar die toch in de lucht zweven. Bijvoorbeeld roetdeeltjes, die ontstaan bij de verbranding van benzine of diesel. Maar ook stof van de bodem en kleine stukjes rubber en plastic van autobanden. We ademen die deeltjes in. Hoe kleiner de deeltjes, hoe dieper ze in je longen komen. En hoe dieper in je longen, hoe meer last je ervan kunt krijgen.

Ultrafijnstof is nog kleiner dan fijnstof. Ultrafijnstof komt in de lucht door auto’s, vrachtauto’s, vliegtuigen, houtkachels en industrie. Omdat de deeltjes zo klein zijn, kunnen ze dieper in je longen terecht komen en ook in je bloed. Hierdoor is ultrafijnstof schadelijker voor je gezondheid dan fijnstof. Bekijk dit filmpje van het RIVM over (ultra)fijnstof.

Stikstofdioxide

Stikstofdioxide komt in de lucht door auto’s en vrachtwagens. Je kunt deze stof goed meten. Zit er veel stikstofdioxide in de lucht? Dan zitten er ook veel andere vieze stoffen in de lucht. Daarom gebruiken onderzoekers stikstofdioxide vaak om te meten hoe schoon of hoe vies de lucht is. Maar stikstofdioxide zelf is ook slecht voor je gezondheid. Bovendien zorgen stikstofdioxiden en andere stikstofoxiden voor meer fijnstof in de lucht.

Ozon

Ozon zit vanzelf al in de lucht. De meeste mensen kennen ozon vooral van de ozonlaag, hoog boven de aarde. Maar ozon komt ook dichtbij de aarde voor.

Ozon op grote hoogte in de ozonlaag beschermt ons tegen de schadelijke straling van de zon. Daar is veel ozon dus juist goed. Sterker nog, zonder die ozonlaag zouden we niet op aarde kunnen leven. Het zogenaamde ‘gat in de ozonlaag’  betekent dat er op grote hoogte steeds minder ozon was. Dat kwam doordat bepaalde chemische stoffen ervoor zorgden dat er minder ozon aangemaakt werd. Gelukkig is de ozonlaag zich nu aan het herstellen.

Ozon dichter bij de aarde (op leefniveau) is juist ongezond. Daar kunnen we het inademen en dan kan het schadelijk zijn voor je gezondheid. Ozon kan luchtwegklachten en benauwdheid veroorzaken. Het ontstaat in de lucht doordat zonlicht inwerkt op andere stoffen. Vooral in de zomer op zonnige dagen met oostenwind zit er veel ozon in de lucht. We noemen dat smog. In de middag en aan het begin van de avond is dit het ergst. Lees meer over smog.

Wat te doen bij smog?

Bij smog is er tijdens een korte periode veel meer luchtvervuiling dan anders. Dat kan een paar uur duren, maar ook een paar dagen. Bij smog kun je gezondheidsklachten krijgen, vooral als je gevoelig bent voor luchtvervuiling of een longziekte hebt.

Tips voor dagen met smog

Hoe meer luchtvervuiling, hoe meer mensen last krijgen van hun gezondheid. Ook zullen de klachten erger worden. Bij ernstige smog kan iedereen klachten krijgen.

Lees onze tips voor dagen met smog

Hoe kun je zelf bijdragen aan een betere luchtkwaliteit?

Je kunt zelf veel doen om de luchtkwaliteit te verbeteren:

  • Auto’s veroorzaken veel luchtvervuiling. Reis dus minder met de auto. Ga vaker met de fiets of de trein. Of gebruik een schonere (elektrische) auto.
  • Laat de open haard of houtkachel zo veel mogelijk uit. In Nederland veroorzaken we met zijn allen meer fijnstof door het stoken van hout, dan door autorijden. Lees meer over houtrook.
  • Eet minder vlees, eieren en zuivel (melk, yoghurt, kaas). Veebedrijven veroorzaken veel luchtvervuiling.

Hoe zorg je ervoor dat je minder vervuilde lucht inademt?

Hoe minder vervuilde lucht je inademt, hoe beter. De kans is dan kleiner dat je klachten krijgt of dat je er (later) ziek van wordt. Om minder vervuilde lucht in te ademen kun je het volgende doen:

  • Ga je lekker hardlopen, wandelen of fietsen? Maak je sport nog gezonder door een schone route te kiezen. Zelfs op een parallelweg is de lucht al schoner dan op een drukke weg zelf. Ga dus niet hardlopen langs een drukke weg, maar kies een straat verder.
  • Op luchtmeetnet.nl zie je wat de actuele luchtkwaliteit is op de plek waar je bent. Ook kun je de verwachting voor de komende 24 uur zien. Was je van plan om ’s avonds te gaan hardlopen maar zie je dat de luchtkwaliteit in de loop van de dag verslechtert? Ga dan als het lukt wat eerder op de dag je rondje rennen.
  • Woon je aan een drukke weg? Waarschijnlijk hou je dan je ramen vaker dicht. Maar ventileren is belangrijk, ook als je aan een drukke weg woont. De lucht binnen is toch nog meer vervuild dan de lucht buiten. Bijvoorbeeld door kook- en bakluchtjes, schoonmaakmiddelen of door stoffen uit het gasfornuis, de gaskachel of de geiser. Zet, als dat kan, de ramen aan de ‘schoonste’ kant van het huis open. Maak de ventilatieroosters regelmatig schoon. Heb je een ventilatiesysteem? Vervang de filters minstens twee keer per jaar. Zet het systeem nooit uit.

Wanneer is de luchtkwaliteit goed (genoeg)?

Er is geen ondergrens aan te geven, waaronder luchtvervuiling géén gezondheidseffecten veroorzaakt. Ook een beetje luchtvervuiling geeft al gezondheidseffecten. Voor de lucht geldt dus: ‘hoe schoner, hoe gezonder’.

In Europa hebben we per stof een Europese grenswaarde. Daarnaast is er per stof een gezondheidskundige advieswaarde van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO).

 Europese grenswaardeWHO advieswaarde
Stikstofdioxide (NO2) 4010
Fijnstof – PM10 (deeltjes kleiner dan 10 micrometer)4015
Fijnstof – PM2.5 (deeltjes kleiner dan 2.5 micrometer)255
Tabel: Europese grenswaarden en WHO advieswaarden voor luchtkwaliteit (jaargemiddelde concentratie in µg/m3)

We toetsen de luchtkwaliteit in Nederland aan de Europese grenswaarde en soms aan de WHO advieswaarden om te beoordelen of de luchtkwaliteit voldoende is. Het idee daarachter is dat we op die manier onze gezondheid beschermen. Maar dat klopt dus niet helemaal.

Om alle gezondheidseffecten te voorkomen zouden de grenswaarden eigenlijk nul moeten zijn. De grenswaarden zijn een tussenweg tussen wat goed is voor de gezondheid en wat technisch, economisch en politiek haalbaar is.

Het is belangrijk om te beseffen dat luchtvervuiling altijd gezondheidseffecten veroorzaakt, ook op plekken waar de luchtkwaliteit voldoet aan de Europese normen en WHO advieswaarden. Elke verbetering van de luchtkwaliteit betekent dus gezondheidswinst. Het is daarom altijd goed om luchtvervuiling te verminderen, ook op plekken waar de luchtkwaliteit aan de normen voldoet.

Kun je zelf de luchtkwaliteit meten?

Steeds meer mensen meten zelf de luchtkwaliteit bij hun huis. Maar let op: deze metingen hebben geen wettelijke status. Dat betekent dat je ze niet kunt gebruiken om te zien of de luchtkwaliteit bij jou in de buurt aan de wettelijke grenzen voldoet. Je kunt de resultaten van jouw metingen ook niet vergelijken met de resultaten van officiële metingen.

De betrouwbaarheid van eigen metingen verschilt per meetmethode. Hieronder vind je meer informatie over de meest gebruikte methoden.

Met zogenoemde Palmesbuisjes kun je stikstofdioxide meten. De concentratie stikstofdioxide geeft aan hoeveel luchtvervuiling er is door verkeer. Vooral bewonersgroepen, universiteiten en gemeenten gebruiken deze methode. Je moet een langere periode meten, ongeveer een jaar. Dat moet wel op de juiste manier gebeuren, met een goed meetplan. Dan is dit een goedkope en betrouwbare meetmethode.

De laatste jaren zijn er steeds meer sensoren te koop waarmee je stikstofdioxide of fijnstof kunt meten. Deze manier van meten is nog sterk in ontwikkeling. Het RIVM doet onderzoek naar het gebruik van sensoren voor fijnstof en stikstofdioxide. Daaruit blijkt dat de resultaten van metingen met sensoren nog erg verschillen van de echte concentratie luchtvervuiling. Dat verschil is het grootst bij de sensoren voor stikstofdioxide.

De meeste mensen gebruiken een sensor om fijnstof te meten. Fijnstofsensoren tellen het aantal deeltjes met een lichtstraal. Dat verschilt van officiële metingen. Die meten het gewicht van de stofdeeltjes in een hoeveelheid lucht. Daardoor kun je je eigen ‘sensormetingen’ niet vergelijken met officiële metingen.
Op basis van het aantal getelde deeltjes berekent de sensor hoeveel fijnstof er in de lucht zit. De sensoren zijn erg gevoelig voor verstoringen, zoals vocht in de omgeving. Daardoor kun je onterecht hoge pieken zien.

Wil je een sensor kopen? Doe dat dan via het RIVM-project Samen Meten. Dan krijg je betrouwbaar advies over een goede sensor. Bovendien corrigeert het RIVM de meetwaarden voor je, bijvoorbeeld voor de hoeveelheid vocht in de lucht.

Veelgestelde vragen over luchtkwaliteit

Nee, je moet blijven ventileren. Ook als je aan een drukke weg woont. De lucht binnen is toch nog meer vervuild dan de lucht buiten. Bijvoorbeeld door kook- en bakluchtjes, schoonmaakmiddelen of door stoffen uit het gasfornuis, de gaskachel of de geiser. Zet, als dat kan, de ramen aan de ‘schoonste’ kant van het huis open. Maak de ventilatieroosters regelmatig schoon. Heb je een ventilatiesysteem? Vervang de filters minstens twee keer per jaar. Zet het systeem nooit uit.

Ja, dat kan. Maar de GGD raadt het je af om filters te plaatsen.  Je moet die filters namelijk heel vaak schoonmaken en vervangen. Anders wordt de lucht er juist slechter door, in plaats van beter. We merken dat het schoonmaken en vervangen van filters vaak niet goed gebeurt. In het begin misschien wel, maar na een tijdje vergeten mensen het. Daarom adviseert de GGD om geen filters te plaatsen om luchtvervuiling tegen te houden.

Wil je toch filters in jouw huis? Kies dan voor zogenaamde F9-filters. Die houden de luchtvervuiling het beste tegen. Maak een plan voor het schoonmaken en vervangen voor de filters. Of sluit hiervoor een contract af met een installateur.

Je kunt verschillende apparaten kopen om de lucht in je huis schoner te maken. Over het algemeen maken deze apparaten de lucht in je huis maar een heel klein beetje schoner. Je hebt veel apparaten nodig in een kleine ruimte om de lucht echt schoner te maken. En let op: er zijn luchtzuiverende apparaten die juist ozon uitstoten. Dat is slecht voor je.

De GGD adviseert niet om mondkapjes te dragen tegen luchtvervuiling. Mondkapjes kunnen wel wat luchtvervuiling tegenhouden, maar het is niet bekend hoeveel. En als een mondkapje niet goed aansluit op je gezicht, werkt het niet.

Inderdaad komt veel van de luchtvervuiling in ons land uit andere landen. Maar omgekeerd komt een deel van onze vervuiling in het buitenland terecht. En dat is meer dan wij uit het buitenland krijgen! Het heeft zeker zin om maatregelen te nemen. Bijvoorbeeld om minder auto te rijden of om niet of minder vaak de houtkachel aan te doen. Zo draag je bij aan een schone lucht op je eigen woonplek, en uiteindelijk aan een schonere lucht overal.

Op de website Check je plek krijg je met een klik op de knop een overzicht van de kwaliteit van jouw leefomgeving. Wat is de luchtkwaliteit? Hoe groen is het er? En hoeveel geluid is er? Ook handig als je verhuisplannen hebt en wilt kijken hoe jouw nieuwe leefomgeving scoort. Check je plek.

Ook interessant

Bekijk wat je kunt doen als je houtrookoverlast hebt of als je overlast voor anderen wil voorkomen.
Informatie over houtrook
Wat is er bekend over de gezondheidsrisico’s in de buurt van veebedrijven?
Informatie over veebedrijven